nassaustaalenDit is een impressie van het onderzoek naar de voormalige stallen van de Nassaus, net buiten de poort van het kasteel tussen het Kasteelplein en het Valkenbergpark gelegen. De laatste resten zijn vóór 1960 gesloopt, maar een gevelfragment van het complex is te vinden in het Rijksmuseum te Amsterdam vanwege zijn bijzondere renaissancekenmerken.

 

 

Film geeft een impressie van de voormalige Nassaustallen te Breda.

 De volledige studie is na te lezen in 2013 Nassaustallen

 

 

Nassaustallen

  Kasteel met stallen (rode daken)
Kasteel van Breda met de voormalige stallen (rode daken)

Waar kamelen de schepen van de woestijn zijn, zijn paarden vanouds de voertuigen over land. Paarden hebben dan ook hoofd en benen in plaats van kop en poten. De locatie van stalling is van gewicht, zo leert de volgende gerechtelijke uitspraak over de Zweedse uitvinder Nobel in Frankrijk.
Een Franse rechtbank (verblijfplaats Nobel) bepaalde dat de erfenis en dus de stichting in Zweden moest komen, omdat de reislustige Nobel daar “zijn paarden” had; want waar zijn paarden zijn, daar is zijn domicillie.

Volume, locatie en stijl van stallen dienden in het verleden voor paarden, koetsen, manege, bedienden, overige opslag, opleiding, etc en waren in bouwstijl en grondoppervlak bijna gelijkwaardig aan de kastelen of buitenplaatsen van de eigenaar. De stalmeester was naast de hofmeester een voornaam persoon aan het hof, die ook de jonge adel scherm- en rijkunst bijbracht. Nu zou men het als de “Facilitaire Unit”, een ondersteunend onderdeel kunnen benoemen.
Uit de tijd van “Vader des Vaderlands” (Prins Willem I van Oranje Nassau) weten we de bezetting van de stallen, zijnde: 1 stalmeester, 4 lakeien, 12 palfeneurs (koetsbedienden), 1 maarschalk, 2 staljongens, 12 valkeniers, 3 muilezeldrijvers en ca 50 paarden. En dat is exclusief een groot aantal hoveniers. Een stevig gezelschap dat zwaar op de hofbegroting drukte zo blijkt uit zijn boekhouding.

Door Europa zijn veel van dergelijke complexen te vinden. Hieronder een voorbeeld van overwelfde stallen met verdieping van Philips II zoals die nog bestaan te Cordoba in Spanje.

Stallen Cordoba
Overwelfde stallen te Cordoba van Philips II

Al op 16 juli 1537 meldde de secretaris van de Pauselijke Nuntius bij zijn bezoek aan Graaf Hendrik III:
………….Kortom, het is de sterkste en tevens de fraaiste burcht, die wij tot nog toe in geheel Duitschland zagen; wel zagen wij er, die fraaier waren, en die sterker waren, vooral die op rotsen waren aangelegd, maar fraaier en tegelijk sterker zagen wij geen enkele. Om den burcht heen laat hij (Hendrik III) geducht bouwen, namelijk een paardenstal………….

Weer twee eeuwen later doet Colonel Broekhuyzen in 1738 ook verslag van zijn bezoek aan het “Koninglijk hof en Kasteel”.
………… De kaatsbaan gestaan met een sij tegen het kasteelplijn, tussen de poort van dit Valkenberg en des Prinsen stallen, bij Graaf Hendrik gebouwd, die om haar groote en goed gesteltenis van de liefhebberen geprezen word, heeft agter een wooning tegen het huys van de Hovenier en siet op de plaats van de stallen. De paardenstallen besluyten aldaar vervolgens  die gehele breeten van het kasteelplein aldaar. Voor is een poort en een woning voor den opsiender, heeft een groote plaats, daar waar de stallen ten noorden hoveniershuys staan. En in het midden staat een pomp.

Stallencomplex Bleau
De stallen op oude kaarten links Blaeu 1622, rechts Janssonius 1657

Kaarten uit ca 1600 tonen de stallen in verschillende gedaantes qua kapvormen, maar met een duidelijke carrévorm. Archeologische opgravingen uit 1995 en plattegrond tekeningen uit 1679 en 1768 geven weer een beeld van de indeling qua ruimten. Uit (voorgenomen) verbouwtekeningen uit 1826 van de Genie kunnen kapconstructies herleid worden. Foto’s van gevelfragmenten van 1900 en 1960 geven gedeeltelijk inzage in de opbouw. Al deze variabelen geven inzicht in de historische ontwikkeling van de stallen. Op basis van deze gegevens is met kennis van de bouwhistorie een redelijke inschatting te maken hoe e.a. er heeft uitgezien anno 1600.

 Plattegrond uit 1679 & reconstructie
Plattegrond uit 1679 en de reconstructie uit 2013

Bij de uitleg van het kasteelterrein richting westen is het voormalige Begijnhof opgeofferd. De stallen zijn vermoedelijk gefaseerd gebouw gezien de stijlverschillen in de gevels aan zijde van de Hoftuin / Valkenberg. De oudste gevel van de Kaatsbaan (toen nog mogelijk als stal) is duidelijk sober van aard en dateert vermoedelijk uit 1537, maar de gevel van het Hoveniershuis (nu in het Rijksmuseum) heeft uitbundige sculpturen en komt qua detaillering overeen met het Raadshuis te Klundert, dat gedurende het 12- jarige bestand gebouwd is. Voorts worden de diverse gebruiksruimtes door de tijd heen verschillend benoemd.
Maar de belangrijkste wijzigingen vonden plaats in 1826 met de komst van de KMA. Het Hoveniershuis is gesloopt waardoor de carré een U-vorm kreeg, de grote stal werd rijschool en het koetshuis bakkerij. Buiten het stallencomplex werd na 1826 aan het Kasteelplein een binnen- en buiten-manege gebouwd met nieuwe stallen.
Nog vóór 1960 zijn alle historische en 19e eeuwse bouwwerken gesloopt en is er de cadettenflat, het Prins Bernhardpaviljoen, verrezen.

 Luchtfoto uit 1928 met volume reconstructie &reconstructie kapplan uit 1536
Luchtfoto uit 1928 met volume reconstructie & reconstructie kapplan uit 1536

Onderstaande afbeelding geeft een impressie hoe het er na de realisatie in de 16e eeuw er uit heeft kunnen zien.

 Reconstructie Nassau stallen gezien vanuit het oosten
Reconstructie Nassaustallen gezien vanuit het oosten t.o.v. huidige bebouwing Kasteelplein